Gastblog: Cora van de Weerdhof
Als je een rondje googelt op yama’s en niyama’s ontvouwt zich een zee aan richtlijnen en leefregels om dé ideale yogi te worden. Soms goed te doen (geef eens wat vaker een complimentje), maar in veel gevallen is het een uitputtende lijst waarin neusspoelingen en tongschrapers over elkaar heen buitelen, afgetopt met een dankbaarheidsdagboek en een recept voor polenta-venkelsoep. Ik weet niet hoe het met jou zit, maar dit soort tips slaat mij bijkans tegen de vlakte van moedeloosheid. Dus: hierbij een wat meer behapbaar stappenplan voor jouw weg op het achtvoudige pad (lees meer over het achtvoudige pad).
Patanjali beschreef de do’s en don’ts van yoga in Het achtvoudige pad,
één van de bekendste werken uit de yogafilosofie.
Yama’s de vijf onthoudingen
Ahimsa – geweldloosheid
Satya – waarheidslievendheid
Asteya – niet stelen
Brahmacarya – onthouding
Aparigraha – onthechting
Niyama’s de vijf leefregels
Sauca – zuiverheid
Santosa – tevredenheid
Tapas – discipline
Svadhyaya – zelfontwikkeling
Isvara pranidhana – toewijding
Tapas(discipline): elke week naar de les
De eerste stap is begrijpen waar Patanjali het nu precies over had 2200 jaar geleden. En daar begint het al, want de begrippen zijn zo algemeen en zo alomvattend dat ze meestal hoog over gaan. Of een open deur intrappen, want tja, veel do’s en don’ts, daar kun je het bijna niet mee oneens zijn. Bedenk voor een begrip één concreet voorbeeld die past bij jouw leven. Tapas(discipline): elke week naar de yogales, there it is. Of iets totaal anders natuurlijk.
En dat brengt me bij het volgende.
Mag dat wel van Patanjali?
Want waarom beginnen met één begrip en één voorbeeld?
‘Omdat we al zoveel moeten’
De meeste mensen doen yoga om een uurtje in de week (of meer) te ontsnappen aan de dagelijkse balanceeract tussen werk, privé en een soort van sociaal leven. Sterker nog: Het is een moment waarin het volledig geoorloofd is om minstens tien minuten languit te gaan liggen zonder dat iemand vraagt ‘of je zo klaar bent’. Maar staat dat niet haaks op wat Patanjali bedoelde? Gooien we hiermee niet de hele filosofie overboord? Zeker niet! Het biedt juist de vrijheid om zelf te bepalen hoe je het achtvoudige pad wilt bewandelen, hoe ver precies en in welk tempo. Want op het moment dat we de yama’s en niyama’s heel strikt benaderen, wordt het onmiddellijk dogmatisch en streng. Precies die ingrediënten die al het plezier doen verdampen.
Mediteren zonder eco-kussen en etherische olie
Nog even over die simpelheid en eenvoud. Eén begrip, één voorbeeld, maar welke dan? Denk aan het begin van een yogales. Of als je weleens mediteert: hoe begin je? Dat hoeft niet op een handgemaakt meditatiekussen van bio-hennep, dampend tussen de etherische eucalyptusolie, zelfs niet in een aparte kamer: je kunt ook mediteren als je gewoon in de trein zit. Je sluit je ogen, richt je aandacht op je ademhaling en je observeert. Een moment van niets moeten, een moment zonder doelstellingen, alleen jij en je ademhaling. En, zoals dat gaat met de menselijke geest: een stroom van emoties en gedachten die de revue passeren. Wat doe je daarmee? Je signaleert. Je neemt waar. Bekijkt het van een afstandje. Je bepaalt zelf welke gedachte of emotie het onderzoeken waard is. Die regie en die vrijheid, dat is jouw richtlijn om te experimenteren met de yama’s en niyama’s. Eentje, in één situatie. Om mee te beginnen.
Welke yama of niyama zie jij graag terug in de les?
Laat het weten in de comments
Add Comment